Oude lucht

Er kwam een man langs voor vloerisolatie.
‘Ik zou graag even onder de vloer kijken’ zei hij.
Met een schroevendraaier wipte hij in de hoek van de kamer een paar planken uit de vloer. Uit het gat stroomde een koele tocht de woonkamer in. De man ging in het gat zitten. Zijn hoofd en schouders staken nog net boven de vloer uit. Hij legde zijn handen om de rand van het gat, daarna maakte hij een soort slingerbeweging met zijn bovenlichaam. Even zag ik zijn vingers nog om de vloer grijpen. Toen was hij verdwenen.

Ik ging op de bank zitten, bladerde door een oude krant en wachtte. Onder mij kuchte de man. Er was zacht geschuivel. Even later hoorde ik geneurie bij de boekenkast. Daarna werd het stil.
Hij mediteert, dacht ik na een poos. Dat paste op de een of andere manier wel bij hem. Of hij slaapt.
In gedachten zag ik hem op zijn rug in een kuiltje in het zand onder de vloer liggen. Zijn handen op zijn buik gevouwen, zijn ene been over het ander, kalm ademend, een tevreden glimlach op zijn gezicht.
Ik stampte eens.
Onder de vloer bleef het stil. Het gat in de hoek van de kamer oogde zwart. Ik dacht aan de laatste keer dat ik zelf in de kruipruimte was geweest. De uitgedroogde muizenvelletjes in het zand, de kiertjes licht die op een paar plekken door de vloer vielen, de kromgebogen Engelse sleutel die ik er vond en een botje dat uit elkaar viel zodra ik het oppakte.

‘Wil je dadelijk koffie?’ riep ik in het gat?
Het bleef stil.
‘Ben je daar nog?’
Er kwam geen antwoord.
Ik ijsbeerde door de kamer, bladerde in een kookboek, las een recept dat ik al na twee regels te ingewikkeld vond en liep een rondje door de achtertuin, en toen ik  daarna weer binnenkwam, stond de man midden in mijn kamer. Wijdbeens.
‘Alles in orde?’ vroeg ik.
Hij knikte. Er stroomde wat zand uit zijn haar op de vloer. Hij veegde met zijn wijsvinger zijn wenkbrauwen schoon. Meer zand.
‘Lang weg geweest’, zei ik.
‘Vind je?’  antwoordde hij.
Hij ging op de bank zitten en maakte wat krabbeltjes in een ouderwetse multomap.
‘Wil je koffie?’
‘Nee dank je’, zei hij.
Hij klapte de map dicht, zocht zijn spullen bij elkaar en ik liet hem uit en toen ik weer in de kamer was, keek ik naar de spoortjes zand op de vloer en snoof ik de geur van oude kruipruimtelucht op, die hardnekkig in de kamer hing.

 

Doe net als 218 andere lezers en ontvang mijn verhalen in je mail.

Doorsturen of delen? Graag!

Blog in je mail? Stuur een mail naar martenheijs@gmail.com en ik zet je op mijn verzendlijst. Vroeger of later krijg je dan mijn blog in je mail. 

Klik op het spraakwolkje om reacties te lezen of te plaatsen. 

2 reacties

  1. Marten, ik was al blij. Maar hier word ik steeds blijer van. Zo fijn dat we je hebben uitgenodigd om op 5 april in een fraaie oude auto in het Havenkwartier voor te komen lezen. Ik verheug me er op. Komt dat zien! Komt dat zien! (en horen natuurlijk)
    Marije

Geef een reactie