Blijft kalm: Ik bezorgde boeken voor Praamstra en moest iets afleveren op de Nieuwe Markt, in het huis waar M ooit woonde. Destijds een uitgeleefd studentenhuis, nu luxe appartementen.
In de deuropening stond een man.
“Ik heb een boek voor Elgersma.”
“Geeft u maar.”
Ik zocht in mijn fietstassen, maar alle bestellingen lagen door elkaar, pakbonnen gekreukt. Mijn fiets rolde weg.
“Haast is onnodig”, zei de man. “Blijft kalm.”
Hij keek spottend.
Daar werd ik nog onrustiger van.
Ik grabbelde, zocht een gevat antwoord, probeerde mezelf te kalmeren, onverstoorbaar te zijn, het boek te vinden. Het boek lukte. De rest was vergeefs.