Scheren

Ik liet me eens scheren bij een klein kappertje dat een vriend me aangeraden had.
‘Je kijkt er een beetje raar tegenaan’ zei hij. ‘maar probeer het maar. Hij dept je wangen met zachte warme doekjes, hij schroeit de haren uit je oren en als je die niet hebt, doet hij alsof. Die vlam suist even zacht langs je oor. Achterin de salon zit zijn vriendin op een keukenstoel en zij kijkt toe hoe hij je scheert, je nek masseert en lotion achter je oren spuit. Ze is heel mooi. Soms komt ze even achter hem staan. Dan zie je haar in de spiegel. Als je naar haar lacht, dan lacht ze terug en loopt ze weg. Of eigenlijk loopt ze niet. Ze zweeft. Echt, ik zweer het je.’

Dus probeerde ik het. Het was een grijzige dag. Ik zat ergens mee, te veel werk, te veel lijstjes waar ik me dan niet aan hield, en ik dacht, laat dat werk maar even gaan.  Die kapsalon was klein, twee reusachtige stoelen op een paar vierkante meter zwart-witte tegelvloer en achterin de zaak een lege keukenstoel. De kapper zelf was groot. Hij vouwde zijn armen over elkaar.
Wat de bedoeling was, vroeg hij.
‘ Scheren’ zei ik kleintjes.
Hij keek me lang aan. Ik werd er zenuwachtig van. Toen knikte hij naar een stoel. Ik ging zitten en wachtte af, zoals je op de kermis afwacht, als je niet zeker weet of je wel in de goede attractie bent gestapt.

Het was een bruusk ritueel.
De kapper had warme doekjes, waarmee hij mijn wangen depte, maar hij deed het zo ruw, dat ik er draaierig van werd. Hij zeepte me in. Ik zag de vlokken schuim voor me op de kappersmantel vallen. Hij drukte de kwast zo hard tegen mijn wangen, dat mijn hoofd heen en weer slingerde.
‘Getrouwd?’  vroeg hij toen hij klaar met inzepen was.
‘Ja’ zei ik. Er knisperde scheerzeep in mijn oor.
‘Tevreden?’.
‘Ja hoor’ zei ik.
‘Houden zo.’ zei hij.
We keken elkaar via de spiegel aan.
‘En u?’  vroeg ik.
‘Wat’?
‘Getrouwd? Vriendin?’
Hij staarde een hele poos in zijn spiegel. ‘ Dat ding hangt scheef’ zei hij toen. ‘Zie je dat’  en daarna pakte hij zijn scheermes, sloeg het open en begon me te scheren. Het klonk alsof hij winterwortels schraapte.

Ik kreeg geen lotion, geen massage, hij  schroeide geen haren uit mijn oor en deed ook niet alsof. Hij veegde mijn wangen droog met een handdoek en trok toen de mantel van mijn hals.
‘ Klaar’ zei hij.
Ik kwam groggy overeind, rekende af en keek naar de lege keukenstoel achterin de kapsalon. Hij volgde mijn blik.
‘Dat is een stoel’ zei hij toen en hij draaide met zijn onderkaak.

Buiten schudde ik een paar keer met mijn hoofd en ik masseerde zacht mijn wangen die schraal en stijfjes voelden
‘Aan de slag’, zei ik bij mezelf, maar voor ik verder liep, keek nog eenmaal in de kapsalon waar de kapper in de stoel had plaatsgenomen en roerloos in zijn scheve spiegel staarde.

Doe net als 218 andere lezers en ontvang mijn verhalen in je mail.

Doorsturen of delen? Graag!

Blog in je mail? Stuur een mail naar martenheijs@gmail.com en ik zet je op mijn verzendlijst. Vroeger of later krijg je dan mijn blog in je mail. 

Klik op het spraakwolkje om reacties te lezen of te plaatsen. 

2 reacties

  1. Beste Marten,
    Grote klasse zo subtiel als dat jij dingen weet te verhalen !
    Iedere keer als er weer een nieuwe column in mijn mailbox verschijnt is het weer een feestje om deze te lezen, dank!

Geef een reactie